Vanaf Martinique varen we naar Les
Saintes. Les Saintes is een groepje eilanden dat bij Guadeloupe
hoort, dat ook weer onderdeel van het Franse rijk is. We varen 's
nachts langs de oostkust van Dominica. De nacht is bijzonder mooi. De
felle volle maan is de hele nacht bij ons, we hebben mooie wind en
een rustige zee. Dit is een Caribische nacht als uit het boekje. Als
we aankomen op Terre de Haut, het eilandje van Les Saintes waar je
kan inklaren, begint het net een beetje licht te worden. In de
schemering wordt duidelijk dat we niet de enige zijn die een bezoekje
brengen aan dit eiland. De baai, in de pilot nog een idyllisch
ankergebied, is een groot veld vol moorings geworden. Misschien nog
wel verrassender is dat we geen één vrije mooring kunnen vinden,
terwijl er toch honderden in de baai geplant zijn. Verbannen door
gele boeien, gaan we voor anker in een klein hoekje van de baai, op
lager wal, met een open deur voor de deining. Maar we zijn moe, dus
besluiten hier in ieder geval even wat te slapen. Als we weer wakker
zijn besluiten we toch maar een comfortabeler plekje op te zoeken.
Gelukkig blijkt om de hoek een prachtig baaitje te zijn, waar je
gewoon mag ankeren. Hoewel het ook hier behoorlijk druk is, weten we
nog een gaatje te vinden. Het water is erg helder en het uiteinde van
het schiereilandje blijkt uitermate geschikt om te snorkelen.
Het nadeel is dat we nu wel twee flinke
bergen over moeten lopen om in te klaren. Terwijl we de berg op
slenteren, worden we aan alle kanten voorbij geracet door scooters.
Dit is blijkbaar hét vervoersmiddel op het eiland. Marijn had zelfs
gelezen dat er momenteel een stop op het aantal scooters is gezet op
het eiland, omdat zelfs de regering vond dat het uit de hand begon te
lopen. Verder zijn er wat elektrische auto's die eruit zien als
golfkarretjes. Gewone auto's zijn er nauwelijks, maar dat is niet erg
verwonderlijk als je naar de grootte van het eiland kijkt. Veel meer
dan een weg is er niet aan infrastructuur en als je een beetje fit
bent loop je het eiland rond binnen een dag.
Het dorpje ziet er leuk uit en is
voornamelijk ingesteld op toeristen, net als de rest van het eiland.
We klaren in en vinden nog een lokale fruitverkoper. Van onder een
boom, lekker in de schaduw, verkoopt hij ons grapefruit en bananen
die er drie keer lekkerder uitzien dan in de lokale supermarkt en
twee keer minder kosten.
De rest van de tijd in Terre de Haut
verblijven we voornamelijk in het water. Tijdens een van onze
snorkeltripjes, zien we dat de ankerketting van de buurman om de
pinnen van een onderwaterleiding heen is geslagen als een touw belegd
op een kikker. Je zou bijna denken dat het met opzet gedaan is. Als
de schipper weer aan boord is, maken we een praatje en ik bied aan
hem te helpen de ketting weer los te krijgen. Hij blijkt niet echt
fan van zwemmen. Verbazingwekkend makkelijk krijg ik de ketting weer
los, onder water voelt alles natuurlijk lichter. Hierna worden we
uitgenodigd voor een Ti-Punch (rum met suiker en limoen) en hebben
een gezellige en interessante avond met onze nieuwe vriend.
Om wat te vluchten van de drukte en de
scooters besluiten we verder te gaan naar Guadeloupe. Guadeloupe
heeft de vorm van een vlinder, waarbij het lichaampje verwezenlijkt
wordt door een kanaal, waardoor je bijna van twee eilanden kan
spreken. Wij gaan naar het westelijke deel, Basse Terre genoemd, waar
een mooie duikspot schijnt te zijn. De duikspot ligt bij twee hele
kleine eilandjes. Jaques Cousteau schijnt hier vroeger geweest te
zijn en vond het zo bijzonder mooi, dat op zijn enthousiasme de
regering er een maritiem reservaat van gemaakt heeft, vernoemd naar
de beroemde duiker. Er zijn drie gele moorings waar jachten aan mogen
vastknopen, staat in de pilot. Maar om zon boei te bemachtigen moet
je veel gelukt hebben, aangezien er vaak veel gegadigden zijn. Het is
een uur of vier als we aan komen varen bij Pigeon eiland. Helaas zijn
alle drie de moorings bezet, dus zetten we koers richting de baai een
de land kant. Maar dan! Er gooit net een boot los! Het geluk is zeker
met ons en we knopen meteen vast, zetten onze duikspullen in elkaar
en doen één van de mooiste duiken ooit. Koraal zo groot als flinke
struiken, overal om ons heen scholen met vissen en schildpadden die
de betekenis van schuw niet kennen. Wat is dit ontzettend gaaf!
Na het duiken varen we naar de baai om
voor anker te gaan. Het dorpje lijkt verjaagd door de autoweg die er
doorheen loopt. De meeste huisjes zijn verlaten en mensen zijn
gevlucht naar wijken meer landinwaarts. Er hangt een vreemde sfeer.
We ontmoeten uiteindelijk hele vriendelijke, open mensen, maar worden
ook een paar keer pal genegeerd of boos aangekeken. Het voelt alsof
hier iets niet helemaal goed zit tussen de locals en de toeristen.
Maar misschien lijkt dat maar zo. Het is moeilijk om echt goede
gesprekken te hebben in het Frans, wat de waarheid moeilijk te
achterhalen maakt.
Na nog een keer genoten te hebben van
de ongelooflijke onderwaterwereld bij Pigeon eiland en daar Cousteaus
onderwaterstandbeeld gegroet te hebben, gaan we verder naar Deshaies.
Het waait lekker en we schieten goed op, als Marijn ineens een kano
ziet drijven! We zijn eerst bang dat er misschien iemand in nood is
en snellen er op af. Eenmaal daar zien we dat de kano met de peddels
er nog in op drift is geslagen en zijn we opgelucht geen nare dingen
te vinden. We trekken de kano aan boord en zijn blij nog een
transport middel te hebben voor de komende weken. We krijgen namelijk
groot bezoek, zodat we met wel 7 mensen aan boord zullen zijn. Dan
kan een extra kano (drie persoons!) geen kwaad. Blij met dit geluk
varen we verder. Vanaf dan zien we echter in ieder schip dat ook maar
een beetje in de buurt komt, de eigenaar van de kano, die hem terug
komt claimen. Een superjacht komt met een knoop of 14 op ons
afgestevend, met zowel zeilen omhoog als de motor aan gaat het banaal
hard. Maar als hij naast ons is, vaart hij net zo hard door de baai
in. Dát is hem dus niet.
We zoeken een mooi plekje in de baai en
gooien de kano in het water, hij is namelijk erg groot. Binnen een
uur komt er een meneer voorbij gepeddeld op een SUP board. En dan
weer, en dan weer. Hij blijkt van de catamaran voor ons te zijn en
vraagt na een tijdje dan toch naar onze kano. 'Vous trouvez le
Kajak?' vraagt hij zenuwachtig en herhaalt de vraag nog enkele malen.
We nodigen hem uit aan boord en kletsen wat. Het blijkt om een
groepje Libanesen te gaan die een catamaran gehuurd hebben. De
schipper heeft blijkbaar de kano niet goed vastgeknoopt en toen is
deze 's nachts uit de haven gedreven. Ondertussen is er nog een supper bijgekomen die het gesprek geïnteresseerd volgt. Als we
zeggen dat ze de kano dan maar weer mee moeten nemen, het is immers
hun kano, valt er een last van hun schouders. Ineens zijn we vrienden
en we worden meteen uitgenodigd voor een borrel aan boord.
De catamaran is bizar lux en vol met
lux voedsel en deftige wijnen. We hebben een hartstikke leuke avond,
een kijkje bij de extreem rijken op deze aarde en krijgen ook nog
twee flessen wijn en een kleine vergoeding voor het vinden van de
kano. Grappig is dat de dames eerst nog door de schipper op het
verkeerde been werden gezet waardoor ze dachten dat wij de kano
hadden gestolen die laatste nacht. Ze zeiden zelfs dat ze onze boot
herkenden uit de baai waar ze die nacht hadden gelegen, maar wij
hebben die baai nog nooit gezien, haha. Grappig hoe het menselijk
brein soms werkt, maar goed, al die boten lijken voor veel mensen ook
op elkaar. Ik hoop dat het met een line-up in een moordzaak er echter
wel zorgvuldiger aan toe gaat. De volgende dag ontmoeten we wat
locale visserlui op het strandje, die ons uitnodigen om voor de
verandering een wat te drinken. Het interessante is dat veel van de
mensen die we deze avond ontmoeten ook behoorlijk wat Engels spreken.
Eindelijk kunnen we het hebben over de Franse besturing van de
eilanden en de ideeën van de lokale bevolking. De hoofdlijn is dat
ze zich wel onderdrukt voelen, maar dat het toch zo goed oor ze
geregeld wordt dat niemand in opstand komt. En als iemand dan eens
wat lijkt te bereiken in de politiek, krijgt hij wat geld aangeboden
om zich naar de Fransen te schikken, wat dan ook geaccepteerd wordt.
Of het waar is of niet, dit is in ieder geval wat deze mannen
vanavond zien en geloven.
Ook de volgende dag is vol met sociale
activiteit. De buren zijn er! Nee, niet alleen de buren van hier,
maar ook de buren uit Nederland. We ontbijten met z'n allen als
koningen, lopen naar een watervalletje en eindigen toch weer in een
barretje, waar de diepste gespreksonderwerpen bovenkomen. Toch leuk
om je buren te leren kennen, terwijl je aan de andere kant van de
wereld zit!
Nadat we zo met allerlei heel
verschillende mensen ons sociale behoeftes weer af hebben getankt, is
het tijd om naar Antigua te gaan. We hadden nog wel weken op
Guadeloup kunnen blijven, maar Jari en Isa komen al over een week en
we hebben nog wel het een en ander voor te bereiden. Dus.... hijs de
zeilen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten