vrijdag 17 augustus 2012










 
Met het ochtendgloren gooien we los in Thyboron. Er is niet al te veel wind, misschien een drietje.
Maar wel oost, zoals beloofd. Ik denk dat we misschien wel een recordtijd kunnen varen, met als voorspelling OZO 4-5 verwachten we redelijk vlak water en snelheden van misschien wel zeven knopen gemiddeld. Dan zouden we met twee dagen en een nacht er al wel kunnen zijn!
Al snel stel ik mijn verwachtingen bij, want de wind kakt eerder in dan dat ze aantrekt. Daarbij staat er een onaangename zee uit het zuiden. In een poging die te verklaren opper ik dat de zuidoosten wind in de Duitse Bocht golven uit de ZO brengt, die dan om het rif naast Esbjerg met de klok mee zouden buigen. Maar veel meer dan een wilde gok is dit ook niet, misschien staat er tegen alle voorspellingen in wel een zuidelijkere wind een stukje verderop...
Het weer is verder zonnig en het zicht zeer goed. We chillen wat in de kuip en proberen nog een uurtje te slapen om de afgelopen korte nacht nog wat aan te vullen.
Als de avond begint te komen begint de wind ook wat aan te trekken en de snelheid loopt op naar goed zes tot zeven knopen. We zijn tevreden, als het zo verder gaat zijn we  al morgenavond tegen achten bij de aanloopton van Vlieland.
Langzaamaan wordt het donker en frisser, het is nog steeds prachtig helder. Ik vind het wel een beetje ruig worden en maak Marijn wakker om te komen helpen wat zeil te minderen.
Gister had ik uitgezocht wat er de laatste keer mis ging met reven en ik denk nu te weten hoe het wel moet. Marijn probeert het en het lijkt ff goed te gaan, maar dan schiet de pal er toch weer af.
We besluiten dan maar het grootzeil er helemaal af te halen. Ondertussen verschijnen er overal om ons heen grote vrachtschepen en vissers. Ook de wind blijft lekker verder aantrekken. Terwijl we mijlen van onze hoogte weggeven aan een of andere gigaboot, die ons voor de verandering weer eens geen voorrang verleend, rollen we de fok ook een stuk in.

De golven groeien langzaam hoger en groter. We blijven maar even samen buiten om te kijken hoe dit zich ontwikkeld. Als het dan net een beetje steady lijkt, besluit ik dan ook maar even een tukkie te doen, zodat ik Marijn vannacht weer fris en fruitig af kan lossen. Ik wil net mijn zeilkleding uitdoen als ik een harde knal gevolgd door een hoop gevloek  hoor. O, o, niet goed, denk ik. Snel naar buiten, waar Marijn me gebied met de zaklamp naar de oorzaak van de knal te zoeken. Na enig zoeken blijkt dat een van de bouten van de hekstagputting gebroken is. We minderen zeil en improviseren wat borgstagen. Op de gps zie ik dat we met bijna de helft van het zeiloppervlak nog steeds zeven knopen varen. Stom, stom, we hadden al eerder meer zeil moeten minderen. Zeker met de golven die er nu staan, die net iets voorlijker dan dwars inkomen. Ik schat dat er nu gemiddeld een goede windkracht zes staat.
Ik heb nog nooit zulke golven gezien en probeer mezelf voor te houden dat het allemaal veel heftiger lijkt doordat het donker is. De vermoeidheid is meer aanwezig dan ik me zou wensen, maar slapen zit er voorlopig nog niet in. Marijn kan ook niet de hele tijd blijven sturen en met wat gezonde zenuwen neem ik het roer van hem over. Goed kijken en als er weer zo'n joekel aankomt goed je kont erin sturen, maar tegelijkertijd proberen zoveel mogelijk  hoogte te lopen. Al met al een inspannende bezigheid. Wel ben ik erg onder de indruk van hoe de Deinemeid zich over de golven laat glijden. Ik ben overtuigd dat deze naam haar goed past.
We wisselen elkaar af met sturen. Gelukkig houdt Marijn het wat langer vol dan ik. Dit is echt hard werken! Na het sturen kijk ik naar de grote hoeveelheid vallende sterren en doe bij elke die ik waarneem de wens dat de boel verder heel blijft.
Onder het sturen denk ik aan wat ik allemaal op deze weblog ga schrijven als we aan zijn gekomen in Nederland. De mooiste zinnen komen bij me op om me wat houvast te geven en de goede moed erin te houden, al die mooie zinnen ben ik nu natuurlijk wel weer kwijt.
Dan begint heel langzaam de wind wat te gaan liggen en begint de maan wat licht te weerkaatsen, waardoor je de golven wat beter aan ziet komen.
Geheel kapot ga ik voor een uurtje slaap naar binnen, waar ik met oliegoed en schoenen aan in slaap val, zodat Marijn na mij ook even wat rust kan pakken.
De volgende ochtend staan er nog steeds goede golven, maar gelukkig is de wind weer wat normaler geworden. Vooral de vieze vlagen lijken verdwenen.
Omstebeurt halen we wat slaap in en de wind neemt steeds verder af.
Pas in de buurt van de hollandse kust beginnen we wat beschutting van de wal te merken wat betreft golfslag. Dan is inmiddels de wind ook dusdanig afgenomen dat de snelheid niet meer boven de vier knopen komt. We besluiten dan toch maar weer wat zeil uit te rollen. Uiteindelijk hebben we weer de volle fok erbij. Dan wordt het weer donker en dobberen we met een paar knoopjes richting Vlieland, gelukkig hebben we de stroom nog mee.
Als we uiteindelijk een paar mijl voor de aanloopboei in een dorp van vissersschepen belanden met een Time To Go van een uur of zes porren we Mr. Perkins wakker en brommen we het laatste stuk.
Met de eerste vloed spoelen we met 7,5 knoop naar Terschelling.

Vroeg in de ochtend knopen we vermoeid, doch voldaan, vast op Terschelling. Tijd om te chillen!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten